Als er vandaag de dag over digitale beeldbewerking wordt gesproken, gaat het vaak over kwesties als manipulatie, vervalsing of verfraaiing. Daarbij wordt gemakkelijk over het hoofd gezien dat beeldbewerking niet pas met programma's als Photoshop is ontstaan, maar al sinds het begin van de fotografie een vast onderdeel van het medium was.

Fishermans Friends
Wat tegenwoordig colokey wordt genoemd, werd vroeger met de hand ingekleurd

De mythe van de onbewerkte foto

Al in de begintijd van de fotografie werden foto's bewerkt. Fotografen als Ansel Adams hebben hun foto's altijd bewerkt, want ook het zonesysteem was bedoeld om in het laboratorium door middel van doordrukken meer details uit de dieptes te halen. Bij Henry Cartier-Bresson zijn veel van de foto's daarentegen vergrotingen van uitsneden. Henry Cartier-Bresson was door de eenvoud en de vaste brandpuntsafstand van zijn Leica al behoorlijk beperkt. Door zijn eis om zijn hoofdmotief in de gulden snede te plaatsen, had hij geen andere keuze dan het detail in de nabewerking te plaatsen.

Ook in het laboratorium kon niet zonder nabewerking, want bij het vergroten op papier moest eerst de witbalans op de vergroter worden ingesteld. Tegenwoordig kan dit al in de camera worden gedaan. Dus wie vandaag de witbalans in de camera instelt, is al bezig met beeldbewerking.

Vergrösserungsgerät Kindermann 707
In de analoge fotografie vond de witbalans plaats in het laboratorium

Analoge methoden voor beeldbewerking:

  • Donkere kamertechnieken: In de klassieke fotografie door middel van doordrukken of nabelichten gericht de helderheid en contrasten in het beeld beïnvloeden.
  • Retoucheren: negatieven en afdrukken werden bewerkt met fijne penselen, potloden of airbrush om oneffenheden, stof of krassen te verwijderen.
  • Fotomontages: al in de 19e eeuw werden meerdere negatieven gecombineerd of fragmenten samengevoegd om nieuwe beeldinhoud te creëren.
  • Chemische processen: verschillende ontwikkelaars of toningen veranderden het kleureffect en de sfeer van de foto's.
  • Solarisatie en pseudosolarisatie: dit effect werd ook veel gebruikt in de popartkunst.
  • Inkleuren: wat tegenwoordig colorkey wordt genoemd, is de imitatie van de handgekleurde foto's uit vroegere tijden.

Het verschil vandaag:

Terwijl analoge technieken veel tijd, vakmanschap en toegang tot speciale laboratoria vereisten, zijn digitale tools snel, nauwkeurig en voor bijna iedereen beschikbaar. Daardoor is beeldbewerking tegenwoordig zichtbaarder en alomtegenwoordiger, wat ook het publieke debat over authenticiteit versterkt.

Conclusie:

Beeldbewerking is geen moderne manipulatie, maar maakt al sinds het begin deel uit van de fotografie. De kern van de discussie is echter nauwelijks veranderd: het gaat niet om het bestaan van bewerking, maar om de vraag in hoeverre deze wordt toegepast en met welk doel. Iedereen kent dit wel uit zijn opleiding: in het begin van elke opleiding doe je dingen die je niet graag doet. Maar je doet deze dingen niet graag omdat je aan het begin van de opleiding het nut ervan niet inziet. Precies zo moet je ook het onderwerp beeldbewerking benaderen: je doet het omdat het deel uitmaakt van het leerproces. Alleen als je openstaat voor nieuwe dingen, kun je je verder ontwikkelen.