Wie al eens met belichtingsreeksen heeft gewerkt, kent het probleem: afzonderlijke foto's zijn vaak ofwel overbelicht ofwel onderbelicht. Klassieke HDR kan dit weliswaar compenseren, maar produceert al snel een onnatuurlijk uiterlijk of storende artefacten. Bij HDR is het meestal alleen de moeite waard om series van 3 foto's te maken, omdat door de verwerking de gegevens van alle foto's verloren gaan, waardoor deze gegevens bij verdere verwerking niet meer beschikbaar zijn. Bij UDI is dat heel anders: daar zijn alle gegevens beschikbaar totdat de voltooide foto wordt uitgevoerd.
Deep Image) om de hoek kijken.
Je neemt gewoon meerdere foto's van dezelfde scène met verschillende belichtingen (bijvoorbeeld 5 stuks). Veel camera's hebben hiervoor een bracketing-functie. Het is daarbij belangrijk dat het om een motief gaat dat niet beweegt, dus landschap, architectuur of productfotografie. Men werkt vanaf een statief en indien mogelijk met een afstandsbediening of met een zelfontspanner om trillingen van de camera te voorkomen.
Deze worden in Photoshop in lagen over elkaar gelegd, verpakt in een slim object en verwerkt in een Ultra Deep Image.
Het bijzondere: alle oorspronkelijke beeldgegevens blijven behouden.
Dit biedt, in tegenstelling tot HDR, een enorme flexibiliteit:
helderheid en contrast kunnen achteraf vrij worden aangepast, zonder dat er lelijke toonwaardeafbrekingen of kunstmatige artefacten ontstaan.
U kunt extreem lichte en donkere gebieden netjes uitbalanceren – en toch blijft het beeld er natuurlijk uitzien.
Wanneer is UDI de moeite waard?
Bij landschapsfoto's met een sterk contrast tussen lucht en aarde.
In de architectuur, wanneer men zowel binnen als buiten een correcte belichting wil hebben.
Altijd wanneer je maximale controle over het eindresultaat wilt, zonder aan beeldkwaliteit in te boeten.
Kortom: Ultra Deep Image is zoals HDR, maar dan beter. Je behoudt de volledige beelddiepte, hebt meer speelruimte bij de bewerking en vermijdt de typische HDR-fouten.